Foto: Doorkomst Roparun 2023 met Gerrit van Telgen rechts in blauw trainingspak
Zaterdagavond 18 mei vanaf 20.00 uur komt de Roparun door Dalen. Om ongeveer 22.00 uur zal het team Turfrunners, met veel Dalenaren, in Dalen aankomen. In de Dorpskerk is de burgemeester aanwezig, die namens de Turfrunners een cheque zal overhandigen.
Maar voordat het zover is, is er door het team van de Turfrunners al heel veel werk verzet. Vandaag aandacht voor de planning en de navigatie. We praten met navigator Gerrit van Telgen.
De route
Turfrunner-navigatoren Gerrit van Telgen en Jan Vlasma zijn al vanaf afgelopen herfst druk in de weer om de route met alles wat daar bij komt kijken, kloppend te krijgen.
“Afgelopen weekend is de definitieve route bekend geworden. Dat is dan al de vierde versie van de route, waar alle foutjes uit zijn gehaald, omleidingen zijn opgenomen en zo meer.
De route die de Roparun-organisatie aanlevert loopt over de openbare weg. Een team volgt die route met een busje, een team van lopers en een voor- en een achterfietser. Soms moet het busje een andere route volgen, soms kunnen ook de fietsers niet met de lopers mee. Dat moet allemaal worden opgelost in een planning.”
Iedereen tegelijk in Rotterdam
De Roparun-organisatie bereidt de route voor. En dan zijn de lokale teams aan zet: “Je krijgt de globale route van de Roparun-organisatie. Die moet je omrekenen naar etappes, uitgaande van de gemiddelde snelheid van het team. De Turfrunners loopt als groep gemiddeld 11 km per uur. In het begin is dat wat meer, later wat minder. Daar houd je in de planning rekening mee. De uiteindelijke route met stops wordt als GPX in de routeplanner ingeladen.”
Gerrit: “Uitgangspunt voor de planning is dat iedereen aan het eind ongeveer tegelijk aankomt in Rotterdam. Je rekent dan terug vanuit het finishtijdstip. Dan weel je hoe laat je start en hoe lang je onderweg bent. Dan plan de basiskampen, 4-6 over de hele route, waar teams kunnen eten en slapen.”
De Turfrunners lopen met 2 teams die elkaar afwisselen. Een team bestaat uit een chauffeur, een navigator, 4 lopers en 2 fietsers. Je hebt een voorfietser, een achterfietser. De 4 lopers wisselen elkaar om de 2 km af. “Dat betekent: auto aan de kant, loper in het busje, nieuwe loper gaat van start. Een team is 6 uur achter elkaar onderweg, zo’n 50-60 km. Na 6 uur wordt het hele team vervangen. Daar maak je een heel schema van, je wisselt op zo’n 10 of 11 punten. Dat stel je van tevoren vast.”
Het team dat afgewisseld wordt gaat voor eten en drinken, rust en slaap terug naar een basiskamp.
Van basiskamp naar basiskamp
De noordelijke route van de Roparun start op Vliegbasis Twente. De eerste teamwissel is in Almelo en het eerste basiskamp staat in Dalen. Het verzorgingsteam, bestaande uit fysio’s en de mensen die verantwoordelijk zijn voor de catering verblijft in het basiskamp. Daar is ook een vrachtwagen met de bagage, materiaal en alles wat nodig is aan eten en drinken voor de tocht. Na een aantal wissels verplaatst het basisteam het kamp naar de volgende locatie: Haaksbergen. Daarna volgen Lent bij Nijmegen en Alblasserdam. Het basisteam haalt teams op en brengt ze weer weg, steeds 4-5 wissels vanuit elk basiskamp.
Plannen, plannen, plannen
Jan Vlasma is de hoofdplanner; hij maakt het schema klaar en zet het om in een tijdschema. Gerrit maakt het overzicht voor de teams en plant de wisselmomenten en de aankomsten in het basiskamp.
“De bestuursleden van de Turfrunners, en met name teamcaptain Martijn Schonewille en Jan Vlasma, zijn er het drukst mee. Martijn bezoekt de landelijk vergaderingen, die al in november beginnen. Zodra de eerste versie van de route beschikbaar is, begint Jan met de planning zoekt uit waar bijvoorbeeld de bottlenecks zitten.”
In het busje
In het busje gaat de teller steeds op 2 km. Per wissel moet de chauffeur goed kijken of er ruimte is om te parkeren, het moet voor iedereen veilig zijn. Iedereen is gewoon verkeersdeelnemer, dus dat betekent dat je rekening houdt met rode stoplichten en parkeerverboden. Er zijn motorrijders op de route die hier op controleren.
Gerrit is navigator, die let op bijzonder situaties, bijvoorbeeld wanneer de auto de lopers en fietsers niet kan volgen. “Dan gaan twee lopers mee, die afwisselend lopen en fietsen. De navigator is verantwoordelijk dat de wissels goed verlopen. Vermoeidheid speelt vroeg of laat op, dan is het extra belangrijk om op de veiligheid te letten.”
De catering zorg voor eten en drinken in het busje. Een team is ca. 6 uur op pad, dan volgt de wissel en gaat het andere team verder. Later worden de wisselblokken wat korter.
Het spannendste en het mooiste?
Spannendste? Het is altijd spannend als je naar de start rijdt. Je bent dan met zijn allen, alle voorbereiding zit erop en iedereen wil graag starten. Gerrit zit zelf in de tweede groep, en moet vanaf Vliegbasis Twente zorgen dat ze op tijd zijn voor de wissel in Almelo.
“Het mooiste is om onderweg door mooi versierde dorpen te komen. Soms zijn cafés en terrassen geopend, ook middenin de nacht. Sommige mensen hebben een terras gemaakt in hun voortuin waar ze tot diep in de nacht mensen aanmoedigen.”
De toekomst van de Roparun
Gerrit hoop dat de noordelijke route volgend jaar weer in Duitsland start. “Voor corona werd er gestart in Hamburg en in Parijs. Door corona is Vliegbasis Twente een tijdelijke startlocatie geworden. Maar het is toch specialer om vanuit Duitsland te starten.”




