Dit is het tweede schrijversinterview in de reeks Schrijvers Uit Dalen.
In het buitengebied van Dalerveen, in een idyllisch gelegen sfeervol kleurrijk huis, spreek ik Silvia Fledderus. We praten over schrijven en de betekenis die dit heeft in haar leven. Vorig jaar publiceerde ze een bundel korte verhalen: ‘Wat het huis wegbrengt, brengt het huis ook weer thuis’. Het boek wordt opgenomen in de collectie van de bibliotheek in Dalen en kan binnenkort dus worden uitgeleend.
Silvia in het kort
Silvia is geboren en opgegroeid in Valthermond (1975). Op haar 18e vertrok ze daar om te studeren in Groningen, de stad die haar overrompelde en veroverde. Later woonde en studeerde ze in Utrecht en Tilburg, maar uiteindelijk keerde ze terug naar de rust en ruimte van het platteland in ZO-Drenthe, want daar is ze thuis.
Silvia heeft in Groningen de studie accountancy gedaan en daarna werkte ze als registeraccountant in het bedrijfsleven. Dit bleek niet haar roeping in het leven. Tegen haar 30e ging ze katholieke theologie studeren en koos ze voor het categoriaal pastoraat (zielzorg gericht op individuele begeleiding). Zij is pastoraal werker geweest in het gevangeniswezen. Mooi werk, maar er kwam een eind aan na een reorganisatie. Het werken als zielzorger heeft voor een vrouw binnen de katholieke kerk veel beperkingen. Van de kerk heeft Silvia zich nadien losgemaakt.
Silvia heeft met Marcel twee puberdochters.
Wanneer ben je begonnen met schrijven?
Met schrijven begon Silvia tijdens haar theologische studie: “Het leek of er een laatje openging.” Sindsdien is ze altijd blijven schrijven, soms veel, soms minder. In de coronajaren is ze meer gaan schrijven. Ze schrijft altijd korte teksten.
Veelzijdig talent
Na haar werk als geestelijk verzorger, begon Silvia in 2016 te schilderen en is daar sindsdien niet meer mee opgehouden. In haar woon/werkkamer staan en hangen haar schilderijen, waarvan Silvia zegt: “Die vertellen mijn verhaal.”
Daarnaast is Silvia ook muzikant; ze zingt en speelt sinds enige jaren contrabas. Vorige zomer richtte zij samen met Rijk van Huisstede “The String Beans” op, waarvan zij tweeën de vaste kern vormen. Ze spelen bluegrassmuziek.
Ze is ook jaren actief geweest met het organiseren van Stichting Boet’n Deure Festival, maar daaraan is een eind gekomen. Het organiseren van muziekbijeenkomsten heeft zij niet losgelaten. Zo organiseert zij in juli een tuinconcert op haar erf The Bluegrass Halfway House.
Hoe gaat dat allemaal samen?
De drie creatieve stromen – schrijven, schilderen en muziek- zitten elkaar niet in de weg, aldus Silvia: “Ze vullen elkaar aan. Schrijven ontstaat uit gevoel en dan komen er woorden. Als ik dingen ervaar die ik niet kan beschrijven, ga ik schilderen. Muziek laat alles stromen en is van deze drie kunstvormen voor mij het sterkste communicatiemiddel.”
Terug naar het schrijven. Wat betekent schrijven voor jou?
“Als ik begin te schrijven dan voel ik sterk dat ik iets kwijt moet. Het stroomt. Soms begrijp ik zelf ook niet waar het vandaan komt. Ik wil een bepaald gevoel uitdrukken. Het schrijven maakt me gelukkig. Dan zit ik in een flow. Het stroomt als ik schrijf -trouwens ook als ik schilder- dan wil ik door, net zo lang tot wat ik kwijt wil geschreven is. Het is een soort geboorte. Als het verhaal klaar is dan moet het de wereld in en zet ik het op de website (www.silviafledderus.nl), dan is het geboren en kan ik weer verder.”
Welke thema’s inspireren je? Hoe ontstaan je verhalen?
“Ontmoetingen met mensen; gebeurtenissen; iets wat ik zie in de natuur; spontane gedachten; overdenkingen; ook wel onderwerpen waar je niet makkelijk over praat. Dat wat niet gezegd wordt. Mijn vrouw-zijn heeft veel invloed op mijn leven en op wat ik schrijf en schilder. Ook lichamelijkheid en het omgaan met pijn zijn thema’s. Hoewel ik me heb losgemaakt van de kerk, blijft het boeiend hoe religie verweven is met onze cultuur. Mijn schrijftoon is licht, er kan ook een onderlaag in mijn tekst zitten. Ik houd van grapjes.”
Bespreek je je werk met anderen? Laat je het voor publicatie lezen aan anderen?
“Nee, meestal niet meer. Toen ik begon met schrijven vond ik publiceren soms heel spannend, vooral bij heel persoonlijke onderwerpen. Dan liet ik het eerst aan anderen lezen. Nu heb ik die spanning niet meer; iedereen mag het lezen en ik laat mijn verhaal niet meer door anderen lezen voordat ik het plaats. Voordat ik het boek uitbracht, hebben er wel enkele mensen meegelezen. Voor de lay-out van het boek heb ik een vormgever ingeschakeld.”
Je hebt je boek in eigen beheer uitgegeven. Zou je het ook bij een uitgeverij aanbieden?
“Ik ben niet zo goed in verkopen, dat zou een goede reden kunnen zijn om een uitgever in te schakelen, maar ik zou niet willen dat een redacteur mijn werk eerst leest en dan allerlei adviezen gaat geven. Het gaat mij vooral om mijn eigen schrijfproces. Wel vind ik het erg leuk om mijn teksten voor te lezen.”
Heb je een bedoeling met je werk? Wil je iets meegeven?
“Het gaat erom wat het verhaal met de lezer doet, wat het voor de lezer betekent. Als maker heb je daar niks over te zeggen. Wat ik wil zeggen staat in mijn boek. Wat de lezer eruit haalt is niet aan mij. Troost zou mooi zijn. Dat schept een verbinding. En, ik zou het heel fijn vinden als lezers ook een onderlaag waarnemen in mijn teksten.”
Waar en wanneer schrijf je en heb je ook schrijfrituelen?
“Ik schrijf wanneer het zich aandient en er ruimte voor is. Ik schrijf overal. Tegen een boom. Aan de keukentafel. In de auto (die zet ik dan aan de kant). Het begint bij een gevoel, dat zich een weg naar m’n vingers vindt. Soms één zin. Meestal ben ik dan een paar uur alleen. Soms zit ik ergens mee, of is er onmacht. Ik schrijf meestal op m’n telefoon. Mijn eerste woorden staan binnen een paar minuten. De tijd is dan weg. Bij volle maan en als ik ongesteld ben schrijf ik veel. Als ik schrijf lig ik soms te gieren van het lachen.”
Wie inspireren jou/ wie bewonder je/ welke boeken zijn voor jou belangrijk?
“In de muziek bewonder ik de zangeres Gillian Welch. Daniël Lohues vind ik ook heel goed. Ik lees graag oude mystieke teksten, zoals Meister Eckhart en Johannes van het Kruis. Schrijvers die ik bewonder zijn A.L. Snijders (van de ZKV’s; de zeer korte verhalen), Guus Kuijer, Anna Enquist en het boek De Wetten van Connie Palmen vind ik geweldig. Ik hou erg van korte verhalen en lees ook graag gedichten, bijv. van Rutger Kopland. Het mooie van schrijvers is dat ze helemaal opgaan in een wereld die ze zelf creëren.”
Hoe zie je je toekomst als schrijver?
“Ik blijf schrijven. Of er weer een boek komt weet ik niet, maar het idee dat een boek blijvend is, vind ik mooi. Ook zal ik wel blijven schilderen en muziek maken.”
Binnenkort zal er wel wat minder tijd beschikbaar zijn voor deze kunstuitingen, want inmiddels is Silvia begonnen in een nieuwe baan. Ze wordt regiomanager bij de Luisterlijn, een telefonische hulpdienst die bemenst wordt door vrijwilligers.
Wat wil je verder nog kwijt?
“Ik vind het heel leuk om te lezen of te horen wat mijn werk met iemand doet, wat voor effect mijn werk heeft op de lezer. En bedankt voor dit mooie gesprek!”